Laatst maakte ik een heerlijke bietenwrap met deze lekkere pittige pompoenhummus en die viel erg goed in de smaak. Nu vind ik eigenlijk hummus in veel gerechten lekker. Ik eet het vaak op een wrap. Ook neem ik soms een beetje hummus in een bakje mee naar mijn werk als ik een salade meeneem. Dan roer ik de hummus op het werk lekker door de salade. En manlief eet hummus het liefst op een boterham of cracker.
Je krijgt trouwens een grote portie uit dit recept, dus je kunt de hummus met meer dingen combineren.
Pittige pompoenhummus
Dit heb je nodig
1 blik kikkererwten (uitlek gewicht ca. 300 gr)
400 gr rauwe pompoen (of 300 gr pompoenpuree)
3 el tahin
2 el olijfolie
1 tl zout
2 el citroen (of appelazijn)
1 tl chilipoeder (of als je van extra pittig houdt, doe je wat meer)
½ tl gerookt paprikapoeder (+ extra voor garneren)
1 tl ketoembar
Zo maak je het
Als je pompoenpuree hebt kun je dit hele verhaal overslaan. Anders moet je eerst de pompoen “slachten” en koken of bakken. Ik bakte de pompoen 20 minuten in de oven. Verwarm hiervoor de oven voor op 180 graden. Snij de pompoen in blokjes (iets groter dan een dobbelsteen). Leg ze op een met bakpapier bedekte bakplaat en strooi er zout, peper en olie over. Meng alles even goed door en schuif de bakplaat de oven in. Na 20 minuten zijn de pompoenblokjes gaar.
Wil je ze liever koken zet dan de blokjes met kokend water op het vuur en kook de blokjes in ongeveer 15 minuten gaar. Giet ze af.
Doe de kikkererwten in een vergiet en laat even uitlekken. Schep de kikkererwten in een keukenmachine, voeg de gare pompoenblokjes (of pompoenpuree) en rest van de ingrediënten toe. Zet je keukenmachine aan en laat even draaien. Ik voeg als alles goed gemengd is steeds kleine beetjes koud water toe. Zo wordt de hummus lekker smeuïg. Ik voeg zoveel water toe totdat ik tevreden ben. Schep de pittige pompoenhummus in een afgesloten bakje totdat je het gaat gebruiken. Als je het gaat gebruiken schep je het over in een leuk schaaltje. Ga er maar lekker van genieten. Van deze pittige pompoenhummus blijf je eten.